Hij is vaste vrijwilliger van het team dat in november persoonlijk de uitnodigingen voor het ophalen van de hulpgoederen bij de families thuisbezorgt. In die hoedanigheid wordt Sjef Goërtz keer op keer geconfronteerd met het echte Roemenië. Hij vertoeft meer dan drie weken tussen de families. Een goede manier om eens even achter de façades te kijken.
Domme pech.
Het blijft tobben voor M.. Het geluk vertikt 't om 'm ook maar één keertje toe te lachen.
Ook het jaar 2006 zal hij zich blijven herinneren als een jaar vol ongemak en ongerief, met vooral de tweede helft als kommervolle opmaat naar het jaar 2007.
Hij heeft namelijk van z’n werkgever, de Roemeense posterijen, te horen gekregen dat hij met ingang van 1 januari 2007 niet meer hoeft te komen.
Er is gereorganiseerd. Hij is overtollig geworden.
Niks afvloeiingsregeling. Gewoon ontslag. Werkeloos.
Gelukkig geldt dat niet voor z'n vrouw, ook bezorger van post. Zij mocht blijven!
Eind 2006 lag het Roemeense werkeloosheidspercentage op ca 5%. Nagenoeg even hoog als in ons land!
Je zou dus kunnen zeggen, dat Roemenië met een bevolking van ongeveer 22,5 miljoen in vergelijking met Nederland met 16 miljoen op dit punt in feite niet slecht scoort.
Nadere beschouwing leert evenwel dat het lage cijfer deels weliswaar te danken is aan de hausse in de bouw - er is zowaar een gigantisch tekort aan bouwvakkers! – , maar deels ook aan het hoge emigratiecijfer – in 2006 werkten naar schatting zo'n anderhalf miljoen Roemenen in het buitenland - , aan de niet meegetelde verborgen werkeloosheid op het platteland – let wel: ca 40% van de Roemeense bevolking woont op het platteland – en de niet geregistreerde werkeloosheid in de "grijze economie" - volgens de regering wordt de omvang en invloed daarvan schromelijk overdreven, maar economen schatten deze op 30 à 40% van het bruto-binnenlands produkt.
Met ingang van 1 januari 2007 zal M. het moeten doen met een werkeloosheidsuitkering, die, afhankelijk van het aantal dienstjaren, in het gunstigste geval 70% bedraagt van het laatstgenoten (witte) salaris en in het beroerdste geval het bijstandsniveau evenaart, te weten € 85,- (augustus 2006) per maand.
Heeft hij na ’n jaar nóg geen ander werk gevonden, gaat hij sowieso in de bijstand.
Ik heb met ‘m te doen, ook al omdat zoals te doen gebruikelijk bij hem – juist bij hém – dit ongeluk weer eens niet alleen kwam.
Nog vóórdat hem ontslag werd aangezegd had hij voor € 500,- een vierdehands Dacia gekocht.
Z’n vrouw had weliswaar bedenkelijk gekeken alsof ze een bang voorgevoel had, maar hij had tóch doorgezet.
Altijd al een eigen auto willen hebben. En nu had-ie er een.
Toegegeven, het ding was gedateerd en bepaald niet vrij van motorische en mechanische mankementen.
Maar het reed! Het aankoopbedrag had hij bij de bank geleend. Merkwaardigerwijze had die in het geheel niet moeilijk gedaan. Was helemaal niet geïnteresseerd geweest in z’n liquiditeit of solvabiliteit, kortom: had helemaal niet geïnformeerd naar de lengte van z’n financiële polsstok, en had hem zonder slag of stoot het gevraagde bedrag in een envelopje aangereikt.
Een maand later had hij de auto weer verkocht voor € 100,- !!
Wat was er gebeurd ?
Hij had z’n trotse bezit een paar dagen vóór de verkoop geparkeerd langs de Strada Eminescu, ter hoogte van de “groene” bar, halverwege de steile afdaling vanuit Sovata-Baï (het kuuroord-deel) naar de Strada Principala (Sovata-dorp).
Had vanwege het hellende vlak de handrem nog eens éxtra stevig aangetrokken en voor alle zekerheid een steen voor een van de voorbanden gelegd, en was – ik zie het helemaal voor me: het autosleuteltje met zorgvuldig ingestudeerde nonchalance aan z’n vinger ronddraaiend - op het verhoogde buitenterras gaan zitten. Vandaar had-ie royaal zicht op z’n investering en kon-ie intens genieten van de jaloerse blikken van z’n autoloze drinkmaatjes.
Toen gebeurde er iets vreselijks.
Onder het genot van z’n biertje had-ie zijn € 500,- plotsklaps in beweging zien komen, spontaan snelheid zien maken, geluidloos de helling af zien denderen en na zo’n 100 meter allesbehalve geluidloos tot stilstand zien komen tegen het compacte muurtje van het (eindelijk na 6 jaar voltooide) Unionisten-kerkje.
In tegenstelling tot z'n maten en de schare wachtenden in het tegenover de finish gelegen bushokje had hij zelf geen plezier beleefd aan deze spetterende voorstelling.
Hij schilderde ons het voorval met de gebruikelijke stoerheid in z’n woorden en gebaren, alsof het hem totaal niks uitmaakte. Lachte er zelfs bij, maar had zichtbaar geen schik.
Hoe zou-ie ook kunnen, opgescheept als-ie was met een schuld van € 400,- en een extra narrige echtgenote.
Nee, een zorgeloos leven zat er voorlopig voor hem (nog steeds) niet in.
Hij was overigens niet de enige met financiële problemen vanwege schulden.
Volgens de krantenberichten waren in de eerste helft van 2006 door particulieren meer dan tweemaal zoveel geldleningen afgesloten als in de eerste helft van 2005, in hoofdzaak voor de aanschaf van huishoudelijke apparaten, electronica en auto’s (waarvan de prijzen in hetzelfde tempo stegen als de vraag).
Weliswaar had de economie hier in eerste termijn van geprofiteerd, maar de medaille bleek ook een keerzijde te hebben. De toenemende koophonger wakkerde de inflatie aan en de kosten van levensonderhoud stegen gestaag, en omdat de salarissen gemiddeld genomen nauwelijks stegen, geraakten veel Roemenen in aflossings- en afbetalingsproblemen.
In december kondigde de Roemeense Nationale Bank dan ook maatregelen af die de wel al te gemakkelijke kredietverstrekking door banken moesten afremmen.
Had je, net als M., tot dat moment je lening nog kunnen krijgen enkel op vertoon van je identiteitsbewijs, voortaan moesten ook loonstaten en bankafschriften worden overlegd waaruit de financiële gegoedheid van de cliënt moest blijken.
Wie iets op afbetaling wilde kopen, was voortaan verplicht om tenminste 25% van het aankoopbedrag in vooruit te betalen.
In augustus was de standaardrente op persoonlijke leningen verhoogd van 8,5 naar 8,75%.
M.’s trieste verhaal schoot ons weer te binnen toen we in de vroege ochtend op de Strada Primaverii het huis van z'n schoonouders passeerden waar even tevoren een auto in de slip was geraakt en via de stoep schoonpa’s moestuin was binnengedrongen. Het voertuig had er een flinke ravage aangericht.
Bleek de blitse auto van het zoontje van de commissaris van politie te zijn.
Vogeltje zelf was gevlogen.
Placht volgens de verhalen regelmatig van ’s avonds laat tot ’s morgens vroeg stevig door te zakken en fors in te nemen, en niet te schromen om in zwaar beschonken staat in z’n poenerige auto naar huis te rijden, naar verluidt onderweg links en rechts regelmatig persoonlijke en publieke eigendommen onheus bejegenend.
Werd volgens degenen, die zeiden z’n handel en wandel nauwgezet bijgehouden te hebben, nooit aangehouden, hoefde nooit te blazen, had nog nooit een nacht op het politiebureau doorgebracht, was nooit op de bon geslingerd.
Want, tja, zoontje van de politie-commissaris, nietwaar ?
Toen ik de plek na een uur weer passeerde herinnerde niets fysieks er meer aan dat hier een ongeluk was gebeurd.Niemand die eraan twijfelde dat pa er ook deze keer weer de hand in had gehad dat zoontjes’ auto binnen vijf minuten was weggesleept, er geen krijtstreepjes op het asfalt en op de stoep getekend hoefden te worden, geen linten gespannen, geen foto’s genomen, geen proces-verbaal opgemaakt - toch het hoogtepunt van de dag voor een Roemeense diender - , en dat nog geen kwartier na het ongeval het tuinhek alweer was gerepareerd en de preien en winterwortels weer waren rechtgezet, en zelfs de kleinste hardplastic- en glassplintertjes keurig netjes waren opgeveegd.
Binnen krap een half uur waren alle sporen, inclusief de remsporen op het wegdek, letterlijk uitgewist.
En zoontje zou morgen wel weer in een andere auto rondrijden, alsof er niets gebeurd was.
Of zoontje het nog lang droog zal weten te houden onder de hand van pa boven z'n hoofd valt te betwijfelen.
Niet alleen mag het politie-apparaat, met het justitie-apparaat en met de medische beroepsgroep, zich verheugen in almaar stijgende belangstelling van de kant van het staats-Anti-Corruptie-Parket en zou pa, zodra die aan de beurt is voor een steekproefsgewijze controle, wel eens koude voeten kunnen krijgen, de nieuwe Wegenverkeerswet die per 1 december 2006 in werking treedt en die een stuk strenger is dan de vorige zou hem ook nog wel eens parten kunnen gaan spelen.
Want behalve geldboetes gaat de nieuwe wet ook strafpunten toekennen
Afhankelijk van de zwaarte van de verkeersovertreding krijgt de automobilist er één, twee, drie, vier of zes.
Heeft iemand 15 strafpunten verzameld is-ie z’n rijbewijs voor 30 dagen kwijt. Verzamelt hij binnen een jaar daarna weer minstens 15 punten, wordt zijn rijbewijs voor 60 dagen ingetrokken.
De punten blijven zes maanden lang “geldig”.
De hoogte van de geldboetes is eveneens afhankelijk van de ernst van de overtreding. Eén strafpunt is gelijk aan 10% van het door de regering vastgestelde minimumloon (ca € 90,-).
Ten aanzien van alcoholgebruik in het verkeer was de oude wet al streng, maar is de nieuwe wet explicieter.
Rijden onder ook maar de geringste invloed wordt zonder pardon bestraft met het intrekken van het rijbewijs gedurende 90 dagen. In geval van meer dan 0,80 g/l alcohol in het bloed gelden gevangenisstraffen van 1 tot 5 jaar.
Zoontje is gewaarschuwd.
Twaalf jaar en ouder.
Als zoontje’s auto een nieuwe is geworden, zal hij bij de aanschaf ongetwijfeld gebruik hebben gemaakt van de zogenoemde “ouwe barrels”-regeling, een door de overheid geïnitieerd programma dat aan kopers van een nieuwe auto een premie verstrekt van 3000 Nieuwe Lei (ongeveer € 900,- !), mits zij eerst hun oude auto, die wel ouder moet zijn dan 12 jaar, naar de schroothoop hebben gebracht.
Een niet onaantrekkelijke premie, als je bedenkt dat bijvoorbeeld de Dacia Logan al te krijg is voor ca € 8.500,-.
Dat is toch mooi 10% van de aanschafwaarde !
De regeling was voornamelijk bedoeld om de meest notoire luchtvervuilers van de weg te halen.
Dat tevens de verkeersveiligheid er sterk bij gebaat was en, door de koppeling aan het aankopen van een nieuwe auto, ook de economie ervan profiteerde was mooi meegenomen.
Merkwaardigerwijze heeft Renault met z’n Dacia-verkoop er verhoudingsgewijs het minst van geprofiteerd. Skoda en Volkswagen scoorden omzetstijgingen van 30%.
Zo’n slordige 49,5 miljoen nieuwe lei was voor het programma uitgetrokken. Maximaal 16.500 autokopers konden er hun voordeel mee konden doen.
En er werd inderdaad enthousiast gebruik van gemaakt.
Maar behalve dat ettelijke gevaren-op-de-weg werden aangeboden, werden ook al lange tijd niet meer gebruikte, al lang niet meer mobiele, zelfs motorloze, exemplaren ingeruild.
Het verhaal wil dat goocheme handelaren zelfs druk in de weer waren met wrakken vanuit Bulgarije te importeren.
Het programma dreigde dan ook aan z’n eigen succes ten onder te gaan.
In augustus 2006 is het programma met nog eens een jaar verlengd. In tegenstelling tot het vorige jaar hoefden de inruil-auto’s niet meer te kunnen rijden, al moest er wel nog een motor in zitten.<
Mag dan de inruil van een 12-jaar oud wrak tegen een premie van negenhonderd euro’s de aanschaf van een nieuwe auto vergemakkelijken, het autorijden wordt er in 2007 niet goedkoper op. Met name autoverzekeringen worden dan fors duurder.
Particulieren zullen ongeveer 45% meer kwijt zijn en bedrijven ongeveer 70%. (Heeft te maken met de invoering van belasting op de uitgifte van een groene kaart.)
Vier- à vijfmaal per jaar stijgen de benzine- en dieselprijzen.
En het rokertje voor in de auto werd onlangs ook al 25% duurder.
Maar ook degenen die zich geen auto kunnen permitteren, zich kosteloos willen verplaatsen, niet willen lopen - want neemt teveel tijd in beslag - , niet willen liften - want liften is niet kosteloos: als lifter dien je aan de chauffeur een geldelijke bijdrage voor de benzine te geven – , maar wél comfortabel willen reizen, hebben in toenemende mate zo hun problemen. Bij een controle in de stoptrein vanuit Oradea werden 200 zwartrijders bekeurd, de helft van het totale aantal passagiers !
Zo krijg je spoorlijnen ook nooit rendabel, verzuchtten de Roemeense Spoorwegen.